Allereerst ik ben geen zonnekoningin, maar een voorstander van samenwerking en in overleg zaken tot stand te brengen. Van huis uit heb ik meegekregen om niet vanaf de zijlijn te roepen wat er niet deugt, maar maatschappelijk verantwoording te nemen. In 2002 ben ik politiek actief geworden voor de VVD en kwam ik voor het eerst in de gemeenteraad van Geldermalsen en tot op heden ben ik raadslid. De huidige raadsperiode ben ik met voorkeurstemmen gekozen in de 3-koppige fractie. Gedurende het raadswerk ben ik o.a. lid geweest van diverse commissies, lokaal en regionaal en heb een periode tot aan de verkiezingen van 2014 het voorzitterschap vervuld van de raadscommissie Ruimtelijke Ordening. Breed inzetbaar dus.
Ik denk dat een mens nooit uitgeleerd is en daarom ben ik mij altijd blijven ontwikkelen voor en naast werk en het raadslidschap. De trainingen bij ‘De Haya’, HBO Bestuurskunde aan de Avans Hogeschool en dit jaar de afgeronde opleiding IVN natuurgids zijn daar voorbeelden van. Vorige week nam ik deel aan ’Dag van de lokale democratie’ georganiseerd door de VNG(Ver. Ned. Gemeenten). Een zeer indrukwekkend programma-onderdeel was het bezoek aan het concentratiekamp in Amersfoort. De rondleiding en lezing met het actuele thema “ Hoe maken we de democratie weerbaar”?, had als boodschap Niet wegkijken, maar in actie komen. Om me meer te verdiepen in het reilen en zeilen van de Provinciale Staten volgde ik cursusavonden van Prodemos op het Provinciehuis. Ook de bijeenkomst in juni van het Liberaal Vrouwennetwerk met als thema ‘de VVD kan wel wat vrouw gebruiken’ heeft me geïnspireerd voor de kandidaatstelling. Op deze bijeenkomst voor en door liberale vrouwen gaven zittende Staten- en Waterschapsleden tekst en uitleg over de functie.
De provincie Gelderland zit er financieel steeds warmer bij. Dit is publiek geld van alle Gelderlanders. Gelukkig is het provinciaal vermogen van ruim 4,4 miljard geen doel op zich en is er geld voor goede plannen.(zie VVD PS verkiezingsprogramma). Dit geeft openingen en mogelijkheden aan de Gelderse gemeenten en regio’s voor projecten om Gelderland welvarender te maken ten gunste van de inwoners. Kansrijke plannen binnen de 6 Gelderse regio’s verdienen evenredige steun. Noodzakelijk blijkt uit de praktijk: minder strengheid qua regelgeving, meedenken met de aanvragers, vereenvoudiging van de procedures met ingewikkelde regels, een brede communicatie en afhandeling binnen een redelijke termijn. Dus het doel en niet het geld moet leidend zijn. Er is een verschil tussen lukraak spenderen en het terugdringen van de hoge reserve door te ontsparen en hiermee knelpunten op te lossen en om het risico van grip op het geld door het Rijk te minimaliseren. Een redelijke buffer, in jargon het zgn. stambedrag blijft noodzakelijk.
Zo begint alles met een goede basis. Goed onderhouden, adequate infrastructuur is het bewegingsorgaan van de provincie. Bouwend Nederland trekt aan de bel dat provinciaal mobiliteitsbeleid o.a. ook moet draaien om goede veilige infrastructuur, die optimaal bruikbaar en technisch in orde moet zijn, want veel bruggen, tunnels, viaducten en sluizen die de provincie beheert zijn gedateerd en aan het eind van hun levensduur. Dit vraagt om gericht provinciaal beleid met budget voor renovatie en vervanging. De provincie kan ook wel toeschietelijker worden in het bepalen van het woningbouw volume om aan de maatschappelijke opgave te voldoen en tegemoetkomen aan kwalitatieve woonwensen en moet een rol spelen bij verduurzaming van de omgeving.
Wat de VVD betreft zit ik aan de groene en sociale kant van het spectrum. Vraagstukken en planvorming omtrent verduurzaming en klimaatverandering in samenhang met economische en sociale aspecten vind ik boeiend en de rol die de provincie en het waterschap hierbij kunnen spelen in samenhang en verbinding met andere actoren, maakt me nieuwsgierig en is reden om me kandidaat te stellen voor de Provinciale Staten en me verdienstelijk te kunnen maken.